zondag 24 februari 2013

Ken jij de blauwbilgorgel?

Naar jaarlijkse gewoonte was het op 31 januari gedichtendag in Vlaanderen en Nederland.
Dit jaar was deze dag het begin van de week van de poëzie.

Natuurlijk konden wij dat in de klas niet zomaar laten voorbijgaan en daarom hielden we een gedichtenatelier.

Een aantal kinderen werkten rond dit gedicht van Cees Buddingh'
Ik ben de blauwbilgorgel,
Mijn vader was een porgel,
Mijn moeder was een porulan,
Daar komen vreemde kind'ren van.
Raban! Raban! Raban!


Ik ben de blauwbilgorgel,
Ik lust alleen maar korgel,
Behalve als de nachtuil krijst,
Dan eet ik riep en rimmelrijst.
Rabijst! Rabijst! Rabijst!


Ik ben de blauwbilgorgel,
Als ik niet wok of worgel,
Dan lig ik languit in de zon
En knoester met mijn knezidon.
Rabon! Rabon! Rabon!


Ik ben de blauwbilgorgel,
Eens sterf ik aan de schorgel,
En schrompel als een kriks ineen
En word een blauwe kiezelsteen.
Ga heen! Ga heen! Ga heen!

Inspiratie genoeg om te fantaseren over hoe die blauwbilgorgel (en zijn knezidon en korgel...) eruit kan zien!
Hier zie je de blauwbilgorgels van...
Iraïs:

Lucaz:


Leopold:

Roosmarie:

Wodan:

Kyra:

Kurdt:
 Mira:

en Linde:

Heel wat kinderen kropen zelf in hun pen en schreven mooie gedichtjes.
We gebruikten hiervoor de voorbeeldvorm:
De kromme gele banaan
kon niet op de tafel staan.

Geniet mee:








Het tweede leerjaar werkte tot slot nog rond een gedicht in het thema van ons project circus.
Vullen jullie mee aan?

Komt dat zien … komt dat zien!
Bezoek circus Nino en kijk naar …

Torren die knorren
En slangen die hangen.
Wolven die golfen
En spreeuwen die geeuwen.
Apen die ..................................................
En beren die ..................................................
Ganzen die ..................................................
En bijen die ..................................................
Muizen die ..................................................
En kippen die ..................................................
Vissen die ..................................................
En mussen die ..................................................
Kamelen die ..................................................
En reeën die ..................................................
Roeken die ..................................................
En raven die ..................................................
Kraaien die ..................................................
En dassen die ..................................................
Geiten die ..................................................
En bokken die ..................................................
Koeien die ..................................................
En schapen die ..................................................
Komt dat zien … komt dat zien …!